Oud-gemeentehuis Laarne

In 1767 gaf Theodoor Jozef Ghiselain van Vilsteren (1724-1792), heer van Laarne, de opdracht voor het bouwen van dit huis. Op het gelijkvloers kwamen een herberg en gastenkamers. Op de bovenverdieping kreeg de vierschaar onderdak en de kelder deed vaak dienst als (voorlopige) gevangenis. Na het overlijden van Theodoor van Vilsteren, werd de familie de Ribaucourt de nieuwe eigenaar. Dit bleef zo tot de verkoop aan de gemeente in 1921. De herberg werd verder uitgebaat door Octaaf De Wilde. Later nam zijn zoon Prudent het over. Na zijn dood in 1963 baatte zijn weduwe de herberg nog uit tot de zomer van 1967. Dochter Agnes De Wilde woonde er nog tot 2012 als conciërge van het gemeentehuis.

In 1946 is het gebouw officieel als monument geklasseerd. Het in 1965 aangebouwde bijgebouw werd in 2013, bij het begin van de grote restauratiewerken, gesloopt. In juli 2015 opende het gerestaureerde oud-gemeentehuis feestelijk de deuren. Het gelijkvloers wordt gebruikt voor huwelijken, huldigingen en andere feestelijke aangelegenheden. Op de bovenverdiepingen zijn er kantoren voor gemeentediensten.

Aan de zijgevel van het oud-gemeentehuis bevindt zich een herdenkingsteken voor oorlogsslachtoffers en hangt ook het winnende gedicht van de gerenommeerde Poëzieprijs Melopee die de gemeente jaarlijks organiseert.